De kracht van het rode potlood
4 weken geledenEr zijn tijden dat het lijkt alsof we er niet toe doen. De ene maatregel na de andere wordt over ons uitgestort. Huurverhogingen, zorgpremies, regels die niemand begrijpt, en een overheid die liever zendt dan luistert. En dan, plotseling, wordt u wél belangrijk. In verkiezingstijd. Dan verschijnt er een glimlach op het gezicht van de bestuurder die anders nooit zijn telefoon opneemt. Dan wordt u gebeld, gemaild, betutteld en bestookt. Want dan hebt u iets wat zij willen: uw stem.
Die stem geeft u met een onschuldig ogend voorwerp: een rood potlood. Geen digitale toverstok of biometrisch gescande stem van de toekomst. Nee, een simpel houten stokje met een kern van was en kleurstof. Symbolischer kan haast niet. Want met dat potlood kunt u meer dan alleen een hokje rood maken. U kunt ermee laten weten dat u niet vergeten bent wie het ziekenhuis sloot, wie beloofde de boodschappen goedkoper te maken, wie riep “de burger is weer aan zet” – en vervolgens snel de achterdeur dichttrok.
Het rode potlood is geen wapen, maar het heeft wel de kracht om politieke loopbanen te maken of breken. Het fluistert: “Tot hier en niet verder.” Het zegt: “Ik kies wie mij vertegenwoordigt, en jij was dat even niet meer.” Het is misschien wel het enige moment waarop macht en burger elkaar écht ontmoeten. Niet op het bordes, maar in het stemhokje. Daar, achter dat gordijntje, bent u even de baas. Geen debat, geen interruptie, geen gespin. Alleen u, een stembiljet, en dat rode potlood.
Sommigen zullen zeggen dat stemmen niets uitmaakt. Maar laten we eerlijk zijn: dat zeggen vooral zij die willen dat u thuisblijft. Want een zwijgende meerderheid is wel zo handig voor wie al op het pluche zit. Maar een stem, ook al is het er maar één, is als een steen in een vijver. Het maakt kringen. Het maakt verschil.
Dus koester het potlood. Het is klein, maar machtig. Niet voor niets is het rood. Het herinnert eraan dat democratie niet vanzelfsprekend is. Dat mensen zijn gestorven voor het recht om te stemmen. En dat het niet de praatprogramma’s zijn die het laatste woord hebben, maar u.
Op naar de stembus. Het potlood ligt al klaar. Scherp geslepen.